Oefenen, oefenen, oefenen; wie is er niet groot mee geworden? De tucht van dit mantra baart samen met rust, reinheid en regelmaat kunst, geeft sporters olympisch goud, zet wielrenners aan de epo, en leidt tanguero’s naar de top. Leuk en aardig, maar ik neem liever een andere route.
Ik ben er nooit goed in geweest, in rust. Ik kan slapen als een blok (ik haal de gemiddelde winterslapers uit het dierenrijk rechts in) maar dat is geen rust. Ik ben eigenlijk nogal onrustig, doe veel tegelijk waardoor er weinig van alles terecht komt. Ik heb een continue jetlag van het heen en weer vliegen tussen toekomstplannen en de gemiste deadlines des levens. Rust is voor mij geen optie – ik heb er gewoon het geduld niet voor.
Naast rust vereist oefening regelmaat. Ik heb niks met regelmaat, snap niet dat mensen aan regelmaat wennen. Mij lukt het niet en geloof me: ik heb het geprobeerd – regelmatig maar zonder resultaat. Ik deed vroeger al zelden mijn huiswerk, studeerde uitputtend weinig bij daglicht, en ook de tucht van de arbeidsmarkt bracht geen soelaas. Laat staan dat ik me nu de pleuris zou oefenen voor iets dat buiten de warme schoot van een salon er nogal ridicuul uit kan zien.
Ik oefen niet. Ik ga wel naar oefenavonden maar klets en kijk en drink. Ik dans tussen al dat door – als pauze. Ik kijk zo af en toe hoe anderen druk aan het oefenen zijn en probeer al hun dingetjes en datjes te onthouden in de hoop dat mijn kop en lijf het wel oppikken. Workshops, maestro’s en andere luchtverkopers vergen wat meer concentratie en geven de kick van Alweer Een Nieuwe Ontdekking – soms. Maar dat wordt snel een fijne herinnering die ergens tussen je laatste droom en je eerste zoen langzaam de weg kwijtraakt.
De kostbare tijd in tango-omgevingen kan ook worden besteed aan leuke dingen, prietpraat, flessen wijn, de toestand van de wereld, buldergrappen van bedenkelijk allooi, vleierijen van omfloerst ongenoegen, het eens goed op de hak nemen van wie dan ook… ik heb gewoon geen tijd voor lichamelijke oefening.
Deze tangohouding vraagt geen 9-tot-5-mentaliteit, en is de bijl aan de wortel van regelmaat en rust. Ze verhoogt echter wel de omzet, en zorgt voor een grotere sociale cohesie en meer vrienden. Onregelmatig leven is eigenlijk de hoeksteen van de samenleving en kan net dat extra zetje geven dat onze economie nodig heeft. Er is de laatste jaren blijkbaar te veel geoefend.
So much voor rust en regelmaat, en over reinheid kan ik kort zijn: ik heb een schoon geweten.
Mijn weg naar de top is heel eenvoudig en ligt voor iedereen voor het oprapen: geloof in sprookjes. Geloof dat je wakker wordt als een Argentijnse tango-god met Hollandsch welvaren en pak van Italiaanse snit (ik kan het hebben) en dat je oneindig euro’s in Bs.As. mag verkwisten – op kosten van salsaschool El Guapo uit Lelystad. Dat je Pablo, Gustavo en andere talentjes lachend alle hoeken van de zaal laat zien. Dat je 360 graden kunt torderen – in zowel horizontale als verticale richting. Sprookjes kunnen dan niet bestaan, het is wel zo fijn om erin te geloven. En zoals elke gelovige weet: het werkt.
Aan u de keuze: dromen en dansen als een dromedaris, of oefenen tot je er bij neervalt en bij opstaan erachter komen dat je de dans des levens hebt gemist. Ik droom het liefst dat ik het tweede had gedaan.